Ouders weten dat hun kinderen een verschillende benadering nodig hebben. Het ene kind houd zich stipt aan de regels, maar heeft veel aanmoediging nodig. Het andere kind heeft een stevig zelfbeeld, maar moet zich juist leren houden aan de regels. God kent ons beter dan wie ook en weet ook van ons wat wij nodig hebben. De verhalen in de bijbel laten ons zien hoe tegengesteld hij is omgegaan met degenen die ons zijn voorgegaan.
Hij gaf Elia te eten (1 Kon 19:1 – 21), maar hij vroeg Zacheus hem te eten te geven (Luc 19:1 – 10). Allebei waren ze het contact met God kwijt geraakt, maar waar de een verzorgd wordt, wordt de ander opgeroepen in actie te komen. De een moet zelf de gastheer worden en de ander is te gast bij God.
Aan Bartimeüs vroeg Jezus ‘wat wil je dat ik doen zal’ (Luc. 18:31 – 43), maar aan de man die door het dak ging vroeg hij niets, hij keek hem aan en zei alleen ‘je zonden zijn je vergeven’ (Marc. 2:1 – 12). Allebei waren ze heel afhankelijk, de een omdat hij niet kon zien, de ander omdat hij niet kon lopen. Allebei hadden ze weinig ruimte gehad om hun eigen wil te doen, omdat ze altijd afhankelijk waren van waar een ander ze wilde brengen. En toch vraagt Jezus maar aan een van hen wat hij graag wil.
Hij liet Maria hem de voeten wassen (Joh. 12:1 – 11), maar toen Petrus hem de voeten wilde wassen mocht hij dat niet. Hij kon zelfs niet bij Jezus horen als hij Jezus niet zijn voeten liet wassen (Joh. 13: 1 – 17).
Hoe God met ons is omgegaan heeft vaak veel indruk op ons gemaakt. Stel je Maria voor, zij had Jezus’ voeten mogen wassen. Wat een overweldigende ervaring moet dat zijn geweest. En hoe helend is het effect daarvan op haar leven geweest. Stel je voor dat ze Petrus vanuit haar ervaring had aangemoedigd om ook Jezus’ voeten te wassen bij het laatste avondmaal. Hoe overtuigend zou haar verhaal zijn geweest op Petrus. Ze zou daar hebben gestaan met stralende ogen, getuigend hoe het haar relatie met Jezus had versterkt. Was dat ook niet precies wat Petrus wilde want hij hield heel veel ven Jezus. Hij had diep respect voor hem en daarom was het ook zo onvoorstelbaar voor hem dat Jezus hem de voeten zou wassen. Maar Jezus kende Petrus beter dan Petrus zichzelf kende. Wat goed was voor Maria was helemaal niet goed voor Petrus. Zo sterk, dat hij zelfs niet bij Jezus kon horen als hij zich niet door Jezus de voeten liet wassen.
God is ook met ons op weg gegaan. Ook wij hebben mogen ervaren hoe hij op moeilijke momenten ons geholpen heeft. Hoe fijn is het niet om aan elkaar te vertellen hoe we Gods hulp hebben ervaren. Zeker als we merken dat de ander het ook moeilijk heeft en niet goed weet daar uit te geraken. Wij hebben immers zelf ervaren hoe God ons in een soortgelijke situatie heeft geholpen? Dan vraagt het wijsheid van ons om God niet voor de voeten te lopen. Want de weg die God met ons ging hoeft niet de weg te zijn die God met onze broeder of zuster zal gaan. Het is heerlijk om te vertellen wat God in ons leven heeft gedaan en misschien kan het onze broeder of zuster ook bemoedigen. Maar daarna mag het ons verrassen wat God in het leven van onze broeder of zuster zal doen. Net zoals we bemoedigd worden door alle verhalen in de bijbel, maar ook steeds weer daardoor verrast worden, omdat God steeds weer anders ingrijpt. God is zo groot dat hij steeds weer op een andere manier redding brengt.