10 april 2011

Beste zusters en broeders,

‘Verdragen wat je moet lijden voor je goede daden’ een blijk van genade.

We naderen nu pijlsnel de lijdensweek en zoals u wellicht ook doet, wil een christen het leven van Jezus en in eerste instantie vooral de laatste dagen onder de loep nemen. Je leest, herleest het lijdensverhaal bij één of meer evangelisten. Maar zoals kleurige schijnwerpers op het toneel doen, kunnen wij wat belangrijk is oplichten door wat de apostelen na reflectie er over schreven.

Het helpt tegelijkertijd om wat Jezus deed en wat dat voor ons betekent dieper te laten doordringen. Zo bijvoorbeeld maant Petrus ons in zijn eerste brief aan om een goed leven te leiden en legt uit wat dat inhoud. Hij spreekt verschillende groepen, bijvoorbeeld de slaven, aan en vraagt om zelfs voor ‘de onrechtvaardige meester’ ontzag te hebben. Dat stuit ons tegen de borst en zeker ‘verdragen wat je moet lijden voor uw goede daden’, zoals hij enkele verzen verder schrijft. ‘Dat is toch onrechtvaardig!’ zeggen we verontwaardigd en zo voelen we dat. Hij schrijft zelfs dat het onze roeping is! Ga dat maar vertellen aan je collega. Je bent gek, man!

Hoe komt hij er toe om zoiets te zeggen? Wel, dat schrijft hij in datzelfde stukje: 1 Petrus 2:21 -23 “Dat is uw roeping; ook Christus heeft geleden, om uwentwil, en u daarmee een voorbeeld gegeven. Treed dus in de voetsporen van hem die geen enkele zonde beging en over wiens lippen geen leugen kwam. Hij werd gehoond en hoonde zelf niet, hij leed en dreigde niet, Hij liet het oordeel over aan hem die rechtvaardig oordeelt.”

Om ons, kwam Jezus in deze wereld, om ons vrij te kopen, niet met vergankelijk zilver of goud, maar met kostbaar bloed (1 vers 18-19). Hij was daartoe uitverkozen door God al voor de grondvesting van de wereld (1 vers 20). Daarom heeft “Hij heeft in zijn lichaam onze zonden het kruishout op gedragen, opdat wij, dood voor de zonde, rechtvaardig zouden leven. Door zijn striemen bent u genezen.” 1 Petrus 2:24

Zie wat Jezus nog deed, “Hij liet het oordeel over aan hem die rechtvaardig oordeelt.” Hoe moeilijk is ook dát voor ons, zo vlug hebben wij overal ons oordeel over klaar. Nog moeilijker wordt het om deze ‘dwaasheden’ te verkondigen.  Toch is het doordat de apostelen het evangelie verkondigden dat mensen gelovig werden. En ook vandaag kunnen mensen door deze boodschap getroffen worden.

Wat u denkt bij het lezen van vers 21 kan ik niet weten, maar mijn eerste gedacht was: ‘Ik sta toch nergens, dat kan ik helemaal niet!’ ja, als het niet te dicht op je vel zit dan zal het nog wel eens lukken, maar als je er elke dag mee geconfronteerd wordt  is het al een ander verhaal. Gelukkig voor ons allen, staat er nog wat bij, waar ik zo even overheen keek. Vers 19 “Het is een blijk van genade als iemand, doordat zijn aandacht op God gericht is, in staat is onverdiend leed te verdragen.” En nogmaals herhaalt Petrus dat, hij had het zelf toch ook ondervonden, vers 20b Het is echter een blijk van Gods genade wanneer u verdraagt wat u moet lijden voor uw goede daden.” Dat is wat het voor ons mensen draaglijk maakt en hoopvol, met Gods hulp wordt het mogelijk om daarin te oefenen en bovendien steeds opnieuw recht te staan als we vallen. In Christus kunnen wij ‘rechtvaardig’ leven: in Zijn voetsporen treden.

Opkijkend naar het kruis sta ik helemaal goed, want ik sta in Zijn Genade!

Eens dwaalde u als schapen, nu bent u teruggekeerd naar hem die de herder is, naar hem die uw ziel behoedt.” vers 25.

27 maart 2011, beelddrager van God?

Beste zusters en broeders,

Drukte, onrust, wie heeft er niet mee te maken? Zowel in de privésfeer als daarbuiten, op het werk en in de familie worden wij er op één of andere manier mee geconfronteerd. Kijken we over de grenzen van landen ver of ook dichterbij, waar mensen samenleven zien we heel wat onrust. Het zijn woelige tijden in de Noord-Afrikaanse landen en het Midden-Oosten, dat zien we elke dag in het nieuws.

In zulke conflicten lijken de eigenschappen van de mens uitvergroot te worden. Ook al waren zij er altijd al aanwezig, door de extreme situaties komen ze heel wat duidelijker naar voor. De slechte eigenschappen springen misschien wel eerst in het oog. Machtsmisbruik en machtsvertoon, hebzucht en leugen en wat nog meer? Bijna altijd speelt ‘geld’, op de achtergrond misschien, een belangrijke rol.

Het kan allemaal ver van ons lijken, maar is dat zo? Kijken we wat dichter naar hoe mensen hier met elkaar omgaan, dan zien we toch precies hetzelfde? Machtsvertoon en leugen zijn misschien geraffineerder en zouden we van collectieve hebzucht durven spreken? Of klinkt dat te hard? Hoe gemakkelijk of hoe moeilijk kunnen wij delen? Met zijn allen hebben wij meer, dus ook meer om te delen? Dan moeten we eerlijk bekennen dat wij, in het westen, het moeilijk hebben daarmee.

Gelukkig, als we beter kijken zien we ook die andere eigenschappen, die we als ‘menselijk’ beschrijven, inzet voor de naaste in gevaar, moed om onrecht aan te klagen enz. We zien vrijwilligers aan het werk voor ‘het goede doel’, inzet ook op gevaar van eigen leven, bv bij gevaarlijke beroepen.

Ja, de mens is beelddrager van God. Je zou het haast vergeten door alle negatieve dingen. Maar het is duidelijk, de mens heeft zich afgekeerd van God. Hoe zou het zijn als dat niet gebeurd was? We zien het in Christus Jezus, Hij leerde het ons. Door Hem alleen komt het weer goed, ís het weer goed gemaakt. Met Gods zoon kunnen we weer omkeren naar God.

april 2011, Nineve

Rick de Gier

De 24-jarige Daan heeft zijn leven op pauze gezet. Na een jeugd in een benauwend evangelisch-christelijk milieu leidt hij in de stad Utrecht een anoniem bestaan vol films, muziek en weldadige oppervlakkigheid. De prille vrijheid houdt echter geen stand: een onverwachte carrière in het Nederlandse popcircuit doet Daan al gauw terugverlangen naar de veilige, overzichtelijke omgeving van vroeger.

De band Ponoka heeft bij deze roman een soundtrack-album opgenomen: bij elk hoofdstuk hoort een liedje.
Bekijk hier de clip bij het nummer ‘1999 Revisted’.

Kijk ook op www.nineve.net.

Uitg. Brandaan
ISBN: 9789460050091
Blz: 160 pag.
Prijs: € 19,95

13 maart 2011, natuurkrachten

Beste zusters en broeders,

De hele wereld houdt de ogen op Japan gericht en terecht. De ravage is nog niet te overzien maar het is duidelijk dat de nood erg hoog is en heropbouw een langdurig proces zal zijn. De krantenkoppen wedijveren dan ook om de meeste aandacht te trekken.

Gelukkig  kunnen velerlei soorten hulp geboden worden door de internationale gemeenschap. Het zal een enorme organisatie vragen om alle beschikbare hulp snel en goed in te schakelen. Dat is een positieve kant, deze solidariteit, blijkbaar komt er in een tijd van hoge nood een groter besef van broederlijkheid; ‘we zijn allemaal mensen.’ Komt het omdat een aardbeving en een tsunami geen onderscheid maken tussen mensen, iedereen wordt getroffen; arm of rijk, jong of oud, gezond of ziek, gelovig of niet, hoofddoek of geen…

Er viel me nog iets op te midden van al die miserie. Dat was een uitspraak door een hoofdredacteur van één van onze bekende dagbladen. De letterlijke tekst kan ik hier niet aanhalen, maar die stelde vast dat alle technologie en wetenschap ten spijt, de mens toch nooit in staat zal zijn de geweldige krachten van de natuur te beheersen! Dat is eindelijk eens een onomstootbare waarheid.

Dat is een ander gevolg van een natuurramp van deze omvang; mensen beseffen overduidelijk hun kleinheid.

Dan hoop je maar dat mensen bedenken dat er een schepper is en dat ze ontzag krijgen voor God. En dat alleen deze schepper de natuurkrachten kan beheersen.

De apostelen, die angstig voor de kracht van de storm, in het bootje zaten met de slapende Jezus en om hulp riepen, stelden met eigen ogen vast, dat Jezus zelfs de natuurkrachten beheerste. Daardoor beseften ze weer een beetje beter met wie ze omgingen.

Laten we bidden voor het Japanse volk, voor de hulpverleners en de getroffenen die zo onverwacht zoveel moesten verliezen. Dat ze getroost mogen worden en kracht ontvangen om weer op te bouwen en vooral dat ze hun hoop mogen bouwen op de redder Jezus.

25 maart 2011, lezing om 20u

Economie en onrust

Heeft u het ook zo druk? Hoe komt het dat we het tegenwoordig zo druk hebben en wat heeft dat te maken met de economie? Hoe maken we keuzes die overeen komen met onze overtuiging? Vormt de markteconomie een bedreiging voor het gezinsleven? Wat is de plaats daarin van kerken en niet-winstgevende organisaties? Dit zijn enkele van de vragen waarop zal ingegaan worden tijdens de lezing.

Drs. Pim Boven is econoom en administratief directeur van de Evangelische Theologische Faculteit te Leuven.

De inkom is gratis en vindt plaats in het kerkcentrum.

27 februari 2011

‘Nader tot God dan zal Hij tot u naderen’ is één van de vele opmerkelijke uitspraken in Jakobus’ brief. Bij eerste lezing wordt je waarschijnlijk getroffen door de heel directe stijl waarop Jakobus de lezers aanspreekt en de vele richtlijnen van praktische aard. Als er al iemand zou vragen hoe een christenleven eruit zou moeten zien, dan is het hier in duidelijke taal verwoordt. Eerst spreekt hij over de moeiten waar een christen mee te kampen krijgt, dan drukt hij de lezer op het hart dat geloven in Christus in daden te zien is. Daarover geeft hij duidelijk onderricht en tot slot geeft de apostel raadgevingen en bemoediging.

Het lijkt wel één en al activiteit, het christelijk leven…

Maar hier, in dit 4e hoofdstuk lezen we meer over het innerlijk leven en gesteldheid van een christen. Dat viel me zo op dit keer. Heel kort geeft hij ons de reden: “Denk toch niet dat dit loze woorden zijn in de Schrift: ‘Hij die ons het leven gaf, maakt er vurig aanspraak op; …” vers 5. Wij zijn van de schepper, van Christus Jezus!

De Vader gaf ze Hem! “Ik heb aan de mensen die u mij uit de wereld gegeven hebt uw naam bekendgemaakt. Zij waren van u, maar u hebt hen aan mij gegeven. Ze hebben uw woord bewaard,” Joh. 17:6

En de zin is niet af maar eindigt met: “…maar de genade die hij schenkt is nog groter.”

Dat is wel het allerbelangrijkste; de genade van Jezus die ons vrijkocht met zijn bloed. Zo gingen de woorden in vervulling die hij gesproken had: ‘Geen van hen die u mij gegeven hebt, heb ik verloren laten gaan.’ Joh. 18:9

Jakobus laat ons even stilstaan en kijken in het eigen hart, met welke ingesteldheid keren wij ons tot God? Dat kan alleen als in het bewustzijn van onze kleinheid tegenover de Heer. In Zijn genade ontvangen we die ootmoed om God te erkennen als Heer en tegenstroom in Zijn naam hoog te houden.

Onderwerp u dus aan God, en verzet u tegen de duivel, dan zal die van u wegvluchten.”

“Nader tot God, dan zal hij tot u naderen. Reinig uw handen, zondaars; zuiver uw hart, weifelaars. Weeklaag, wees treurig en laat uw tranen vloeien. Laat uw lachen veranderen in droefheid en uw vreugde in somberheid. Verneder u voor de Heer, dan zal hij u verheffen.” Jakobus 4:8-10

Dat is straffe taal zoals heel de brief, zoals heel het evangelie, maar ook heel bemoedigend!

13 februari 2011

Lieve broeders en zusters,

Jakobus zegt het is goed te geloven ‘maar als het geloof zich niet daadwerkelijk bewijst is het dood.’ Jak. 2:17 en Jezus zegt: ‘Als je mij liefhebt, houdt je dan aan mijn geboden’. Joh. 14:15 Dat is duidelijk een hele belangrijke levensopdracht voor de volgeling van Jezus. Als je christen bent of we zeggen misschien beter ‘probeert te zijn’ dan weet je best dat het nogal eens moeite kost. In de Hebreeën brief spreekt Paulus over ‘de wedstrijd lopen’ als hij het heeft over het afwerpen van de last van de zonde waarin we steeds weer verstrikt raken. Dat duidt er dus op dat het heel wat training en inspanning kost. Maar houden we de ogen gericht op Jezus en keren we nu even terug naar wat Jezus ons leert toen hij zijn leerlingen toesprak vlak voor zijn overlevering door Judas aan de Farizeeërs. ‘Ik geef jullie een nieuw gebod: heb elkaar lief. Zoals ik jullie heb liefgehad, zo moeten jullie elkaar liefhebben. Aan jullie liefde voor elkaar zal iedereen zien dat jullie mijn leerlingen zijn.’ Joh13:34-35

Hier wordt een dimensie toegevoegd. Deze oproep speelt dus niet alleen een rol voor de gelovige persoonlijk, maar  ook voor de niet-gelovige. Deze liefde heeft getuigeniskracht! Zo komen we dan bij een andere opdracht die Jezus aan zijn leerlingen geeft vlak voor Hij naar de Vader terugkeert: ‘en dat in zijn naam alle volken opgeroepen zullen worden om tot inkeer te komen, opdat hun zonden worden vergeven. Jullie zullen hiervan getuigenis afleggen, te beginnen in Jeruzalem.’  Luc.24:47-48 Hiermee werden wij zelf gezegend en wie heeft niet het verlangen dat ook zijn familie, vrienden, collega’s, stads- en landgenoten, vreemdelingen, … hiermee gezegend zouden worden?

Het is toch hoopvol als Jezus ons op het hart drukt: ‘Wie mijn geboden kent en zich eraan houdt, heeft mij lief. Wie mij liefheeft zal de liefde van mijn Vader en mij ontvangen, en ik zal mij aan hem bekendmaken.’ Joh. 14: 21

Of laat je nog meer bemoedigen door wat Jezus aan diezelfde tafel verder nog zei: ‘Waarachtig, ik verzeker jullie: wie op mij vertrouwt zal hetzelfde doen als ik, en zelfs meer dan dat, ik ga immers naar de Vader. En wat jullie dan in mijn naam vragen, dat zal ik doen, zodat door de Zoon de grootheid van de Vader zichtbaar wordt. Wanneer je iets in mijn naam vraagt, zal ik het doen.’ Joh. 14:12-14

En alsof dat alles nog niet genoeg is schenkt Hij ons nog meer om ons bij te staan. Dan zal ik de Vader vragen jullie een andere pleitbezorger te geven, die altijd bij je zal zijn: de Geest van de waarheid. De wereld kan hem niet ontvangen, want ze ziet hem niet en kent hem niet. Jullie kennen hem wel, want hij woont in jullie en zal in jullie blijven.’ Joh. 14:16-17

Dit mag voor ons een stimulans zijn om te volharden: Jezus geeft ons Zijn vrede en de heerser van de wereld heeft geen macht over Hem, Hij deed wat de Vader Hem opdroeg. (Joh. 14:27-31) Laten wij doen als onze Heer vraagt: vertrouwen op Hem en zijn Vader, zijn geboden onderhouden, getuigen zijn.

27 februari 2011, Jeugddienst om 10u

30 januari 2011

Beste zusters en broeders,

“Zoek de HEER, allen in het land die nederig zijn en naar zijn wetten leven, zoek rechtvaardigheid, zoek nederigheid: misschien blijven jullie dan gespaard op de dag van de toorn van de HEER.” Sefanja 2:3

Sefanja roept zijn volk dringend op zich te bekeren nu er nog tijd is. Nederigheid en rechtvaardigheid zoeken, een boodschap die ook Jezus leerde aan zijn leerlingen. Zoals in de Bergrede van Jezus: “Gelukkig wie nederig van hart zijn, want voor hen is het koninkrijk van de hemel.” Mat.5:3 Wat betekent dat eigenlijk? Het gaat er hier om te erkennen dat wij hulpbehoevend zijn, van God afhankelijk met de hoop op het Koninkrijk. En 6 “Gelukkig wie hongeren en dorsten naar gerechtigheid, want zij zullen verzadigd worden.” Hongeren en dorsten naar de gerechtigheid van het Koninkrijk is geloven in Jezus, want mijn gerechtigheid is te zwak.  Die gerechtigheid kwam Jezus de mensen onderrichten.

Die gerechtigheid vraagt een offer van ons, nl. dat wij afzien van onze eigengerichtheid en ons richten naar God en wat Hij door Zijn zoon leerde. Jezus weet dat wij uit onszelf daar niet toe in staat zijn, maar beseffen wij dat altijd? Hij toonde in zijn leven hoezeer Hij ons bemint, niet alleen met woorden maar met daden, Hij heelt ons, gaf zijn leven voor ons. Hij leert ons hoezeer wij bemind zijn door de Vader. Dat wil zeggen: ik ben gewild. Ik ben niet de afgewezene van God, als ik niet afwijs. Ik ben niet de ‘geklasseerde’ als ik niet discrimineer. Ik ben niet onrechtvaardig behandeld als ik mij voed met de gerechtigheid van het Koninkrijk! Hoe dikwijls hebben wij in ons hart de ander al veroordeeld met ons gevoel. Dat vonnis kunnen we in de ban doen of als een balk uit ons oog trekken. Dat is de gerechtigheid van het Koninkrijk, want Zijn liefde voor ons was eerst!

In geloof wordt ons de Geest geschonken, kunnen wij ons richten op Christus. Met die gerechtigheid mogen wij ons voeden! Broeders en zusters, door Gods Genade kunnen wij ons hierin oefenen zodat wij die liefde waarmee God ons lief heeft kunnen delen met elkaar en onze naaste.

16 januari 2011, vreugde in de HEER

Beste gemeenteleden,

Misschien troffen u ook die heerlijke verzen van de profeet Jesaja 61:10-11. “Ik vind grote vreugde in de HEER, mijn hele wezen jubelt om mijn God. Hij deed mij het kleed van de bevrijding aan, hulde mij in de mantel van de gerechtigheid, zoals een bruidegom een kroon opzet, zoals een bruid zich tooit met haar sieraden. Want zoals de aarde haar gewassen voortbrengt, zoals een tuin het gezaaide laat ontkiemen, zo laat God, de HEER, gerechtigheid ontkiemen en glorie voor het oog van alle volken.”

Het deed mij denken aan het gered zijn van de tweede dood zoals daar in het boek Openbaring over gesproken wordt. Je kijkt om je heen en denkt: gerechtigheid in deze wereld is ver te zoeken. Vele plaatsen worden geteisterd door overstromingen, mensen doen elkaar veel onrecht aan… De ravages die er door veroorzaakt worden hebben een jarenlange nasleep.

En toch weet je: het is zoals je in Jesaja leest. Want wie vond er groter vreugde in Zijn God, Zijn HEER dan Jezus? Door hun wederzijdse liefde, van Vader naar Zoon en van Zoon naar Vader, vonden zij vreugde in elkaar. Jezus volbracht volkomen, op elk moment de wil van de Vader en die had ‘welbehagen’ in Hem. De wil van God maakt alles volmaakt; “Hij zag dat het goed was”. Overal waar Jezus hier op aarde kwam, sprak en handelde Hij in gerechtigheid. Hij deed niemand onrecht, Hij keek vol liefde in ieders hart. Hij bracht Gods Koninkrijk nabij want Hij is de Koning.

Dan zie je; in zijn omgeving ontkiemt de gerechtigheid. Hij kwam de apostelen, de leerlingen en allen die wilden zien, leren hoe te leven en met mensen samen te leven. Hij had Zijn Woord al gegeven door profeten en grote daden voor Zijn volk. Nu nam Hij hen hoogst persoonlijk mee op weg. Op weg naar de Vader, want dat was Zijn levensdoel, zodat overal op aarde gerechtigheid zou kunnen ontkiemen.

Hoe machtig toch dat Jezus ons meeneemt in die gerechtigheid, ook nu al op deze aarde. Door Zijn Goddelijke kracht werden wij losgerukt van die banden van de dood. Wel te verstaan de eeuwige dood.  En eens zullen alle volken, alle machtigen der aarde het zien!